De constante groeier

JAN VANGEEL, STICHTER BELCOTEC

Belcotec hoort al enkele jaren telkens opnieuw bij de snelst groeiende bedrijven in België. Hoe leidt stichter Jan Vangeel die evolutie in goede banen?

Tekst: Peter Ooms – Foto’s: Jan Locus

Bron: ETION

Wat is op dit ogenblik uw prioriteit?
Jan Vangeel: “We werken nu in de eerste plaats het het vernieuwen van onze groeistrategie. We hebben Belcotec in 2012 opgestart als een specialist in verwarming, ventilatie en koeling (HVAC) voor de B2B-markt. Op korte tijd hebben we grote stappen gezet. Intussen behoort Belcotec tot de hoogste klasse 8 aannemers in onze specialiteit, zodat we kunnen deelnemen aan de grootste overheidsaanbestedingen. Al een aantal jaren worden we uitgeroepen tot de snelste groeier in onze categorie van de provincie Antwerpen. Om die groei te bestendigen, breiden we nu onze dienstverlening uit naar elektriciteitswerken voor diezelfde klanten. Het gaat dan gewoonlijke over aannemers en projectontwikkelaars die utilitaire projecten, maar ook appartementsgebouwen en bedrijfsvestigingen neerzetten. We zien hier een grote opportuniteit omdat we de klanten nog meer kunnen ontzorgen door de twee specialiteiten aan te bieden. Er zijn altijd wel grijze zones tussen de twee vakken: HVAC en de elektriciteits- of datanetwerken. Door ze allebei voor onze rekening te nemen, zorgen wij voor de overbrugging van de laatste lossen eindjes. Ik voorzie dat we in de toekomst een extra veertig procent van onze omzet kunnen halen door het aanbieden van die elektrowerken. Dat komt overeen met de verhouding van de investering in die twee technieken in een gemiddeld gebouw.

Dit jaar mikken we op een omzet van 35 miljoen euro, maar met de bijkomende verkoop van elektrische installaties moeten we snel een stuk hoger kunnen gaan.”

Die voortdurende groei van Belcotec in heel opmerkelijk. Hoe verklaar u die zelf?
“Het komt door de medewerkers. Intussen hebben we 108 mensen in dienst. Dat betekent dat Belcotec sinds onze start gemiddeld elke maand een nieuwe medewerker heeft bijgekregen. Ik ben er heel trots op dat het verloop erg laag ligt; zeker bij de mensen die al lang in dienst zijn. Daarnaast hebben we ons heel goed georganiseerd op de instroom van jonge medewerkers. Onze vestiging ligt op de Innovatiecampus van de Thomas More en KU Leuven Campus in Geel, waar onder andere de specialiteiten verwarming, koeling en diverse elektrotechnieken ondergebracht zijn. We verzorgen die samenwerking heel goed, door studente stage te laten lopen of door onderzoeken voor hun thesissen te ondersteunen. Daarbij werven we ook aan vanuit de veronderstelling dat het bedrijf en de context voortdurend zullen veranderen. We moeten ons kunnen aanpassen aan die wijzigende omstandigheden. Dus willen we profielen die leergierig en nieuwsgierig zijn en die uitkijken naar nieuwe uitdagingen. Ze moeten natuurlijk wel over de technische competenties beschikken.”

Die snelle ontwikkelingen zijn een extra uitdaging voor een groeibedrijf. Hoe houdt u dat onder controle?
“Persoonlijk focus ik sterk op de structuren en processen van het bedrijf. Ik heb ervaring opgedaan binnen de wereldwijde directie van een multinational, waar ik uiteindelijk de internationale structuur had uitgewerkt op basis van een evenwicht tussen centrale en lokale vestigingen. Daarna was ik een korte periode aan de slag als manager van het HVAC-bedrijfje van een kennis. Toen dat werd verkocht, ben ik met een wit blad begonnen en heb ik Belcotec opgestart. Van bij het begin heb ik me gefocust op de klanten, maar ook op de processen en hoe ze hun weerslag vinden in de IT-systemen.

Al heel snel hadden we een ERP-systeem in de cloud (Microsoft Dynamics), dat intussen centraal staat in de reeks van geïntegreerde toepassingen. Het hetzelfde pakket kunnen we nu 14.000 facturen per jaar verwerken op een semiautomatische manier. Dat pakket is ook de basis van de digitalisering van het aankoopproces, met een interne catalogus die de projectleiders op de werf kunnen gebruiken via een tablet. Ook voor het manuele werk streven we voortdurend naar optimalisatie. We hebben intussen een goed draaiend atelier, waar medewerkers de verdeelgroepen voor leidingen voorbereiden in ideale omstandigheden. Die kunnen de installateurs meteen op de werf plaatsen en aankoppelen. Dat levert weer een stuk efficiëntiewinst op.

Daarvoor heb je een structuur nodig die de mensen in het atelier en op de werf optimaal laat samenwerken. Daar werken we hard aan. We merken dat die structuur ook de nieuwe medewerkers ondersteunt, zodat ze zich snel kunnen aanpassen aan onze manier van werken.
Dat alles kan niet zonder goede informaticasystemen. De bouwassemblage van de verdeelblokken in het atelier bijvoorbeeld, kan alleen wanneer we exacte plannen hebben van de werf en de technische tekeningen van de installaties. 3D-ontwerpen worden daarbij steds belangrijker. De opdrachtgevers evolueren meer en meer naar ‘design & build‘-projecten en rekenen dan op de aannemers om het gebouw te ontwerpen. Ik ben er erg trots op dat die op Belcotec rekenen om dat geheel te realiseren.”

Wij blij!

“Binnen Belcotec organiseren de medewerkers elke laatste vrijdag van de maand gezellige bijeenkomsten. Eén team maakt dan eten voor het hele bedrijf. Zo hebben ook een aantal Brusselse collega’s voorgeteld om een halalmaaltijd te koken. Dat was een groot succes. De mensen ui de Kempen kenden dat niet goed en waren erg geïnteresseerd om daarvan te proeven. In het begin waren de moslims onder het personeel niet erg betrokken bij die bijeenkomsten. Op die manier hebben we de helemaal kunnen omdraaien.”

Hebben opdrachtgevers en algemene aannemers meer aandacht voor duurzaamheid en energie-efficiëntie? In hoeverre heeft dat impact op de opdrachten?
“Daarin nemen wij zelf resoluut het voortouw in onze nieuwe Willis-vestiging op de Innovatiecampus. Ons hoofdkwartier is volledig uitgerust met zonnepanelen, isolatie, ledverlichting, ventilatie met energierecuperatie en het maakt gebruik van koude-warmteopslag uit de ondergrond voor de warmtepomp. Daarmee hebben we geen behoefte meer aan fossiele brandstoffen en stoten we dus geen CO2 meer uit. In ons gebouw laten we een staaltje van ons kunnen zien. Voor ons was het belangrijk om de gebouwtechnieken – verwarming, koeling, ventilatie, zonnewering – goed te laten functioneren in functie van de bezetting en het gebruik van het gebouw. Dat heeft een weerslag op de efficiëntie en de kosten. Opdrachtgevers beseffen steeds beter dat de investering in een nieuw gebouw slechts de eerste grote uitgave is. Daarna blijven de exploitatiekosten jaar na jaar terugkomen. Wanneer een gebouw niet goed is uitgerust, kan dat nefast zijn voor die onkosten. We gaan er bijvoorbeeld van uit dat de jaarlijkse kosten voor ventilatie neerkomen op één euro per m³ lucht. Dat loopt dus snel op. Wij hebben intussen sensoren voorzien, waarmee je een lokaal apart kan ventileren of verwarmen in functie van het gebruik. In ons eigen gebouw doen we dat op basis van de locatie van de badge of de smartphone van onze medewerkers. We kunnen ook het comfortniveau aanpassen in functie van de voorkeuren van elk individu. Een dergelijke sturing zal essentieel zijn in de gebouwen van de toekomst. Wij werken al aan die concepten met bijvoorbeeld één centraal beheersysteem. Maar daar komt ook heel wat hard- en software bij kijken. Intussen hebben we een team van vijf mensen die niets anders doen dan die regelsystemen programmeren.”

Leiderschap

“Ik besef zeer goed dat mijn ambitie om het bedrijf te laten groeien alleen waargemaakt kan worden met de steun van de medewerkers. Die moeten achter die ambitie staan en de waarden van het bedrijf delen. Het kan ook niet anders dan dat we de mensen uitdagen om hun grenzen te verleggen. Maar daarbij moeten we met het management goed het evenwicht in het oog houden. Die ontwikkeling moet afgestemd zijn en blijven op de mogelijkheden van de mensen: op hun maturiteit en op hun capaciteit. Daarvoor is veel overleg nodig. We hebben veel vergaderingen met bedienden en arbeiders, waarbij we allerlei aspecten van de organisatie en de beloning bespreken. Recent ging het daarbij over het thuiswerk en de invoering van de elektrische bedrijfswagens. Maar ook de digitaliseren van de werfadministratie is een terugkerend thema van die gesprekken.”

“Op die manier functioneert Belcotec als een zeer gedragen organisatie met veel inspraak vanuit alle lagen van het bedrijf. Ik geloof niet in hiërarchie, maar dan is er wel een structuur nodig en een open communicatie. En over het algemeen loopt dan ook alles vlot en hebben de medewerkers het onder controle. Als het minder goed loopt, is het dan weer nodig om in een klein team de beslissingen te nemen en knopen door te hakken.”

“Met Belcotec werken we ook volgens de principes van het participatief ondernemen waarmee we bonus afhankelijk maken van bepaalde doelen. De meeste bedienden en de teamleiders bij de arbeiders kunnen op die manier een percentage van hun brutoloon extra verdienen wanneer het bedrijf die doelstelling haalt. Ik stel vast dat die aanpak de betrokkenheid bij het bedrijf van de mensen enorm verhoogt.”

“Belcotec toonde ook leiderschap in de sector. Bij het begin van de coronacrisis was het een van de eerste bedrijven om als onderaannemer een werf stil te leggen om te kunnen onderzoeken op welke manier er veilig voortgewerkt kon worden.”